Hoe ervaar ik voldoening?Wanneer ben je tevreden? Wanneer voel je je écht gelukkig? Hoe weet je wat je wilt? Waar je voldoening door ervaart?
Een man bij mij in de praktijk. Opgebrand, uitgeblust. Zou zo graag zijn passie gaan, meer voldoening halen uit werk. Maar weet nu niet waar hij het zoeken moet. Zo lang in een baan gezeten waarin hij vooral dienstbaar was naar anderen. De cijfers tellen binnen dit bedrijf. Niet de sfeer of waardering naar elkaar of van hogerhand. Maar ja, dat is uiteindelijk ook waarom hij hier is gaan werken. Het verdient zo lekker. En op die manier kan hij ook goed voor zijn gezin zorgen.
Waar begin je?
De druk op zijn schouders wordt hem teveel. Genieten van kleine dingen, zoals voldoening ervaren tijdens het lekker spelen met de kinderen lukt al niet goed meer. Dit punt in zijn leven zou hij graag zien als het keerpunt. Maar waar begin je?
We komen er tijdens de sessie achter dat er vele angsten een rol spelen. Het hoofd eigenlijk alsmaar de regie voert. Een stem die zegt: ‘zie je wel, het lukt je niet.’ ‘Je zult harder je best moeten doen’, en: ‘Wat ik wil doet er niet toe…’
Ouders geven wie zij zijn
We kijken in de sessie al snel naar het gezin van herkomst. De situaties die je als volwassene tegenkomt in het dagelijks leven, de relaties zoals ook werk een relatie is met collega’s, werkgever e.d. zijn een afspiegeling van hoe jij je rol en plek inneemt binnen een systeem. Het gezin waar jij bent geboren is het allereerste systeem geweest voor jou. Hier ben jij ontvangen, kreeg je een plekje, verzorging, liefde. Mijn uitgangspunt is dat iedere ouder het beste met zijn of haar kind voor heeft. Maar verzorging, bescherming of liefde kunnen bieden is voor ieder anders. Ouders geven wie zij zijn. Met alle littekens die zij daarbij zelf ook ooit hebben opgelopen. Zo zie je dat ouders die zelf iets gemist hebben in hun jeugd dit vaak op een bepaalde wijze bij hun kinderen proberen te ‘halen’. Niet bewust, maar wel vanuit een emotioneel gemis vanuit hun kindzijn. Het kindzijn nemen wij altijd met ons mee. Het hoofd zorgt er zelfs voor dat via bepaalde ‘overlevingsstrategieën’ die pijn die je ooit hebt gevoeld vermeden wordt. Gekoppeld aan gedachten als: ‘Jij hebt niets te willen’ bijvoorbeeld. Zo is een kind loyaal aan het systeem van herkomst. Want als er iets niet lekker loopt zal een kind dit in de eerste plaats op zichzelf betrekken. Dat is ook functioneel op een bepaalde wijze, kinderen zijn in de eerste levensjaren namelijk volledig afhankelijk van de ouders.
Niet meer kunnen voelen waar je blij van wordt
In het geval van deze coachee kijken we naar de ‘lading’ op die oordelen. Die gedachten die hem nu opbreken. Zo veel energie kosten en er op een bepaalde manier ook voor zorgen dat hij niet meer kan voelen waar hij nu blij van wordt en waar hij voldoening van ervaart.
De wil waar hij overspreekt daar heeft hij voor moeten vechten als jong volwassene. Om toch te gaan doen wat hij zelf wilde. In tegenstelling tot dat wat zijn ouders hem adviseerden. Echter komen we er al snel achter dat het patroon van: hard werken, je verantwoordelijkheid nemen en die wil op de achtergrond zetten bij hem ook alweer snel om de hoek kwam kijken. Met een opstelling zien we dat hij al jong heeft gevoeld dat ouders dit zelf ook gemist hebben. Beide uit arbeidersgezinnen en ‘gewoon’ hebben moeten doen wat er van hen verwacht werd. Op het moment dat vader druk aan het werk was, gebeurt er iets met moeder, waardoor hij als oudste zoon binnen het gezin de plek inneemt naast zijn moeder.
Je kúnt het ook niet goed doen…
Dit raakt mijn coachee zichtbaar. Dit voelen is beklemmend. Het is teveel. Ik doe zo mijn best maar ik kan dit bijna niet dragen. Met deze opstelling werd inzichtelijk dat hij op zeer jonge leeftijd al zijn kindplek heeft ingewisseld voor een plek naast zijn moeder. Een plek voor de volwassenen. Een plek waarop je niet meer kunt ontvangen. Een blij, onbezorgd kind zijn. Spelen. Hij had nogal een taak op zich genomen. Geven was hierin belangrijker dan ontvangen. Echter wanneer we dan kijken naar het gevoel van: ‘het is nooit goed genoeg’ dan rijmt dit met deze positie. Je kunt het als kind op een volwassenplek, die jou niet oorspronkelijk toebehoort goed genoeg doen. Je kunt niet voldoende geven. Wat je ook doet, het zal je geen voldoening opleveren.
Zorg dragen naar het kind in jezelf
Met deze inzichten is het voelen ontzettend belangrijk. Hier staan we dan ook bewust bij stil. Alsof het trauma van toen nu eindelijk de aandacht krijgt die het verdient. Iemand dat kleine jongentje ziet en voelt en de nodige aandacht geeft. Die knuffel waar hij op dat moment zo naar verlangde, maar wat ouders op dat moment niet hebben kunnen geven. Die ‘iemand’ dat zijn wij uiteindelijk zelf. Als volwassene neem je als het ware alsnog je verantwoordelijkheid naar die kindstukken in jezelf die emotioneel nog klein zijn. Die spelen nog altijd een rol. Zo kunnen volwassenen met één bepaalde opmerking of houding geraakt zijn en van zich afbijten via zo’n overlevingssysteem, maar er onder zit pijn, verdriet, angst die op dat moment niet erkend is.
Wat is de oplossing?
In de praktijk merk ik bij mijn coachees dat die erkenning en dat proces juist zo belangrijk is voordat er aan een volgende stap gedacht kan worden. Het hoofd wil een oplossing: een andere baan, beter je best doen, een cursus volgen…
Maar het antwoord vinden we zo vaak in het voelen. Het verlangen is duidelijk: kunnen ZIJN, spelen, voelen wat ik leuk vind, vrij van angst durven ervaren… Dit zijn kwaliteiten die een jong kind bezit. Het pure, speelse kind, dat kan leven in het moment is naar mijn idee nooit helemaal weg. Alleen zijn veel volwassenen ervan weggeraakt doordat we zijn gaan ‘overleven’. Terwijl ons hoofd ons voorhoudt hoe het allemaal ‘MOET’ verlangen we wel naar voldoening, vervulling, energie.
Is dat erg?
Zeker niet. De mooiste lessen in het leven zijn soms lessen, ervaringen die je veel tijd, pijn en moeite hebben gekost. Tijd, pijn en moeite, energie zijn begrippen waar het hoofd wat moeite mee ervaart. Het ‘zonde’ kan vinden. Maar wanneer we mogen zakken van onszelf. Het mogen ervaren. Mogen voelen. Pijn en verdriet mogen toelaten. Omarmen. Onszelf mogen toestaan te leren. De tijd mogen nemen. In te zien dat we op bepaalde vlakken emotioneel nog erg klein zijn. Op een liefdevolle manier hier mee om mogen gaan naar onszelf… Dan geef jij je ZIJN, je kleine leuke, speelse ik zoveel ruimte!
Nieuwe perspectieven
Middels opstellingen met daarbij oog voor de trauma’s van onze voorouders help ik coachees weer hun oorspronkelijke plek binnen het systeem in te nemen. Juist ook vanuit respect naar de voorouders. Ja, we voelen, we dragen, maar we hebben slechts te dragen dat ons toebehoort, we hebben onze eigen plek en rol binnen het systeem. We mogen ontvangen van onze voorouders. We hebben te geven richting onze kinderen… Door dit werk merk ik dat de energie verschuift. Mensen voelen zich vaak opgelucht. Wanneer ik hen vervolgens weer zie zijn er nieuwe perspectieven, nieuwe mogelijkheden om te ontdekken. Nieuwe kansen die zij zien voor zichzelf. Alsof er vanuit een ander perspectief gekeken kan worden. De ‘lading’ is er af. Natuurlijk is er vaak ook nog onzekerheid of angst. Het hoofd mag het lastig blijven vinden. Vanaf dat punt zie ik dat er een uitnodiging gedaan kan worden naar zichzelf.